+32 3 304 62 72
·
contact@vinck-law.be
·
Ma - Vr 09:00-12:30 & 14:00-18:00
Vragen?

Wie draait er bij bouwwerken op voor gestegen materiaalkosten?

U bent van plan om uw woning te verbouwen en u ging inmiddels akkoord met een offerte van een aannemer. Wanneer die van start gaat met de werken blijken de grondstof- en materiaalprijzen gestegen te zijn in vergelijking met het ogenblik waarop u de offerte tekende. Dat kan een aanzienlijke meerkost betekenen. Maar wie dient die meerkost te dragen: is het de aannemer of dient u daar als bouwheer zelf voor op te draaien?

In België hebben bouwheer en aannemer een grote contractuele vrijheid om de prijs van de aanneming te bepalen. Dat betekent dat u die vrij kan onderhandelen met uw aannemer. Of gewijzigde materiaalprijzen kunnen doorgerekend worden aan de bouwheer, hangt dus in de eerste plaats af van u en uw aannemer zelf overeenkwamen.

Aannemingsovereenkomsten moeten niet in prijsafspraken voorzien maar doen dat doorgaans wel. Zelden zal een aannemer aan bouw- of verbouwingswerken beginnen zonder dat er minstens iets is afgesproken over zijn vergoeding. Prijsafspraken kunnen we onderverdelen in drie categorieën: (1) eenheidsprijzen voor materialen, (2) eenheidsprijzen voor werkuren en (3) een vaste prijs (‘forfait’) voor het totaal van de werken.

Juridisch wordt de stijging van materiaalprijzen gekwalificeerd als een zogenaamde meerprijs wegens onvoorziene economische omstandigheden.

De aannemer kan die meerprijs niet doorrekenen aan de bouwheer indien de overeenkomst niet voorziet in een clausule die de aanpassing van de aannemingsprijs aan de gewijzigde economische omstandigheden bepaalt.

De betreffende clausule dient te voorzien in de formule aan de hand waarvan de prijs wordt bepaald. Een mogelijkheid is om de prijzen te indexeren, bijvoorbeeld door ze te koppelen aan de I-2021-index die bestaat uit 60 referenties (materialen en grondstoffen) onderverdeeld in 11 productgroepen elk met een eigen procentuele weging.

Vaak zullen de algemene voorwaarden van aannemers zo’n clausule bevatten die de grondstof- of materiaalprijzen indexeert. Zo dekken zij zich in tegen het risico van stijgende grondstof- of materiaalprijzen.

In elk geval is het belangrijk, ook voor aannemers, om duidelijke afspraken te maken en zo achteraf onaangename discussies – of erger – te vermijden. Een aannemer die de gestegen grondstof- of materiaalprijzen moet betalen, levert misschien werk van mindere kwaliteit af omdat hij aan de aanneming weinig of niets verdient. En voor de bouwheer kunnen de gestegen kosten dan weer betekenen dat hij zijn bouwplannen moet herzien.

Voor meer info of advies van een advocaat bouwrecht kan u ons contacteren via e-mail (contact@vinck-law.be) of telefoon (03 304 62 72).